Meneer
T liep voorin de klas heen en weer met zijn handen op zijn rug. Een
jongen uit Jevy's klas had zijn papieren pas net op tafel liggen en
keek schichtig zijn richting in. Meneer T stopte met heen en weer
lopen en draaide zich richting de jongen, die bedroefd naar beneden
keek. De docent kuchte en de jongen stak zijn handen twijfelend naar
voren, met de palmen naar boven gericht. Meneer T liep naar het
blauwe veld dat als bord diende vooraan in de klas en pakte de
plastic lat die ernaast stond. Jevy keek naar beneden toen ze zag dat
Meneer T de lat hier. Even later hoorde ze een harde knal en de
jongen die schokkerig adem haalde. Pas na een paar seconden opende ze
haar ogen weer en keek weer naar voren. “Nog iemand?” vroeg
Meneer T op kille toon aan de klas. Niemand antwoordde, of maakte
geluid. Iedereen hield zijn adem in tot hij zich omdraaide om de lat
weg te zetten. “Vandaag, mormels, gaan we het hebben over de
economie.” Hij bleef door praten op zijn kille, verafschuwende
manier. Nadat hij dat had gezegd stikte hij op het bord en een lange
tekst verscheen. “Jullie gaan die drie keer overschrijven, en als
je dadelijk binnen een half uur niet klaar bent...” Hij maakte zijn
zin niet af, maar iedereen in het lokaal wist wat er dan gebeurde.
Jevy
schreef zo snel, en leesbaar als ze maar kon. Nog tien minuten en ze
was op de helft van haar derde keer. Dit ging ze wel halen, maar een
paar mensen in haar klas hadden wat problemen met overschrijven. Die
kregen dan meestal weer slaag van de plastic lat.
“Zo,
leg allemaal jullie papieren op tafel.” Meneer T stond op van zijn
bureaustoel en wachtte tot iedereen zijn potlood neer had gelegd en
de papieren open op tafel had gelegd. Hij begon langs de rijen te
lopen. Iedereen waar hij langs was gekomen haalde opgelucht adem en
ontspande zijn of haar spieren. Ergens in het midden stond hij stil,
bij een meisje. Zij was een van de kinderen die moeite had met het
overschrijven van dingen. Ze droeg al een bril, maar dat hiep niet
echt. Met gebogen hoofd keek ze naar haar tafel en mompelde een
verontschuldiging. “Het spijt je?” Meneer T keek haar met een
giftige blik aan. “Het spijt ja?” Zijn stem klonk spottend. Het
meisje legde haar handen op tafel, en Meneer T haalde de plastic lat
te voorschijn. Weer keek Jevy niet toe hoe het meisje op haar handen
werd geslagen, daar kon ze gewoon niet tegen. Het was oneerlijk, ze
zouden haar moeten helpen met schrijven en lezen in plaats van haar
afranselen.
De
rest van de les waren er nog zeker vijf andere kinderen geslagen, het
minste deze week. Op dinsdag waren het er in totaal zelfs
eenentwintig. Woensdag waren het er elf geweest, gisteren vijftien,
en vandaag gelukkig maar zeven.
De bel
klonk door het gebouw en Meneer T verliet het lokaal zonder hen ook
maar een blik waardig te gunnen. Jevy stopte haar spullen weg en ging
naast haar tafel staan. Daarna schoof ze haar stoel aan, vlak voordat
de bewaarders binnenkwamen. Alle twintig stonden ze naast hun tafel
tot de bewaarders hen wenkte dat ze mee mochten komen.
Zonder
een woord te wisselen werden ze naar de eetzaal gebracht en daar
achter gelaten. Zij waren een van de laatste, dus toen Jevy bij haar
vaste tafel aankwam zat de rest er al te eten van hun prut.
“Hoi,”
zei Conjor. Jevy ging ook zitten. “Heey.” Ze pakte haar lepel en
schepte hem vol met prut. “Hoe was jullie dag?” Kyrma leunde wat
naar voren, over haar eten. “Redelijk,” antwoordde Sellon. Malar
antwoordde hetzelfde. Conjor haalde zijn schouders op en zei: “Zoals
gewoonlijk.” Lirian daarentegen zei niets. “Lirian?” Sellon
keek vragend naar zijn vriend. “Lirian?” Hij tikte hem aan. “Huh,
wat?” Lirian keek zijn vrienden een voor een verduft aan. Ze
moesten lachen. “Hoe was jou dag?” vroeg Kyrma nog een keer. “Oh,
niets bijzonders. Ik heb wat schrammen opgelopen door een bewaarder,
maar het is niet ernstig.” Jevy schudde haar hoofd. “Het ziet er
wel pijnlijk uit.” Ze nam nog een hap van haar prut en keek toen
over haar linker schouder. Er stond een bewaarder in de hoek die naar
hen zat te gluren. Dat soort dingen deden ze wel vaker,
waarschijnlijk hadden ze niets beters te doen.
Een
paar minuten later ging de bel weer, en ieder vertrok naar zijn kamer
om z'n douche spullen te halen. Jevy pakte schoon ondergoed een een
schone pyjama broek en T-shirt uit haar kast en stopte die in haar
douche tas. Daarna liep ze samen met Kyrma naar de meisjes douches.
Ze koos een hokje uit en liet het warme water over haar schouders
spoelen. Die dag was ze niet zo vies geworden. Ze pakte wat shampoo
uit de fles die aan de muur hing en waste haar haren.
Terwijl
ze de zeep uitspoelde sloot ze haar ogen en dacht na. Wat zou
Lirian's plan zijn om te ontsnappen. Zelf kon ze niets bedenken. Er
was nog nooit iemand ontsnapt. Of het werd hen gewoon niet verteld,
dat kon ook.
Na het
douchen trok ze haar schone kleren aan, stopte haar vieze in haar tas
en liep haar hokje uit. Kyrma stond net bij de deur naar de gang en
Jevy liep op een drafje naar haar toe. “Wacht even,” zei ze.
Kyrma wachtte en opende de deur toen haar vriendin naast haar stond.
Onderweg naar hun kamers kletste ze nog even en namen toen afscheid.
“Slaap lekker.” “Welterusten,” antwoordde Jevy en zwaaide
haar gedag. Ze opende haar deur en liep naar binnen. Het blauwe veld
maakte geen enkel geluid toen het sloot. Ze legde haar vieze kleren
in de wasmand die over twee dagen bij de waskamers ingeleverd zou
moeten worden. Daarna pakte ze een potlood dat ze ooit uit haar
lokaal mee had genomen en een stuk papier uit het atelier. Ze begon
met de eerste potlood streek op het papier. In haar fantasy vormde
zich al een beeld van een prachtige lelie. Na drie kwartier stond de
bloem in grove lijnen op het papier. Na een kwartier waren de juiste
schaduwen toegevoegd en was haar tekening af. Deze zou ze naar buiten
sturen. Eens in de zoveel dagen maakte ze een tekening en vouwde er
een vliegtuigje van. Als de wind goed stond zou het stuk papier over
de muur zweven en aan de andere kant terecht komen. Hoewel Jevy niet
wist wat er mee zou gebeuren gaf het haar een gevoel van vrijheid.
Als ze de volgende dag dan weer wakker werd, was het gevoel weer weg,
door de regels en te veel structuur.
Het
vliegtuigje was achter de muur verdwenen, dus Jevy liep naar haar
deur en zette die op nachtstand. Dan gaf het blauwe krachtveld geen
licht meer, maar als je het aan zou raken, zou je het wel voelen. Ook
was het nu helemaal niet doorzichtig meer. Normaal kon je er nog een
beetje doorheen kijken, alsof het van glas was, maar nu niet meer.
Jevy
sloeg de dekens om en ging op haar bed liggen. De zon was al
verdwenen, dus het duurde nog maar een paar uurtjes voordat Lirian
tevoorschijn zou komen. Die paar uurtjes zou ze nog even slapen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten